Varieer met reliëf

Haakwerkjes blijven boeien. Er is niet voor niets een groot aantal mensen dat zich haakverslaafd  noemt. Wellicht ben jij er ook wel één! Dit woord heeft de Dikke van Dale nog niet gehaald, maar we weten allemaal wat ermee wordt bedoeld. Moeilijk kunnen stoppen, later naar bed gaan dan je van plan was, toch éven haken in plaats van de kamer stofzuigen, nog één toertje dan…! Je haakwerkje trekt je steeds weer naar zich toe. Zoveel garens, zoveel kleuren, zoveel steken… je kunt er eindeloos veel kanten mee op. Tijdens het ene haakwerkje, borrelen de ideeën voor het volgende alweer op in je hoofd. Allerlei ingrediënten voor een heuse verslaving. Wat blijft jou aantrekken in het haken?

Zelf wordt mijn aandacht vaak getrokken naar patroontjes met reliëf. Door het gebruik van reliëfsteken of andere trucjes om meer diepte in je werk te krijgen, gaat een haakwerk nog meer leven. In deze blog zet ik een aantal manieren op een rij hoe je meer diepte in je werk kunt krijgen.  En wie weet geeft dit ook jou weer een extra dimensie aan het haken!

Reliëfstokjes

De naam zegt het al: reliëfstokjes zijn een heel handige manier om meer diepte in je werk te krijgen. Door een stokje niet in, maar om de stokjes van de vorige toer te haken, komt het stokje meer bovenop je werk te liggen. Dit geeft een leuk effect en is bijvoorbeeld heel bruikbaar voor het maken van ribbels in je haakwerk.  Marieke heeft een mooie tutorial gemaakt over reliëfstokjes en Boukje schreef eerder in een blog uit hoe je deze maakt. Je kunt er prachtige patronen mee maken, door op verschillende plekken in te steken. Wat dacht je van deze leuke kabeltas van Laura Pietersma?

Van popcorn, bobbels en nopjes…

Op verschillende manieren kun je door een paar steken in één steek te haken bobbeltjes maken, wat leuke stippen geeft op je haakwerk. Je kunt ze ook goed gebruiken voor het maken van tulpjes. En hoe leuk is het om woorden te maken van bobbels op een mooie woondeken?

Verlengde steken

Bij verlengde steken, haak je de steken een paar toeren lager dan de toer waar je mee bezig bent. Zo komen er steken bovenop je werk te liggen. Ook hiermee kun je eindeloos variëren. De etui van Carolien Boele is gemaakt met deze prachtige steek.

Haken in de achterste lussen

Door een toer te haken in de achterste lussen, blijft er een rand voorste lussen over. Hier kun je een extra randje op haken, waardoor je werk meerdere lagen krijgt. Marijke heeft dit heel leuk toegepast bij het tasje Ilios. Niet moeilijk, met een groots resultaat!

Tamboereren

Door middel van tamboereren kun je leuke extra streepjes haken op grotere vlakken haakwerk. Zo kun je bijvoorbeeld een leuk randje glitter toevoegen aan je haakwerk, voor een extra touch of glamour. Ook hiervan staat een handige tutorial op Youtube, gemaakt door Marieke voor Gek op Haken.

Volgens mij is het kijken van haakpatronen ook al verslavend. Ik raak er in ieder geval niet snel op uitgekeken. Ik verwijs je nog naar een paar patronen met structuur die ik hier gewoon nog even móet noemen. De druppelstrui, het stoere structuurvest en de mojo-deken laten alle drie weer op een heel eigen manier zien hoe leuk het is om structuur aan te brengen in je haakwerk.

Terugdenkend begon mijn liefde voor reliëfstokjes met de Cosy woondeken CAL in 2017. Wie weet ken jij ‘m nog! Nu vind ik het heel leuk om verschillende technieken te combineren. Kijk maar eens hoe Dorine dit heeft gedaan bij kussen Fleur! Hoeveel technieken zie jij hier in terugkomen?