Gek op Haken blaast je van je sokken

We gaan aan de sok! Het is ontzettend leuk om voor jezelf of als cadeautje voor iemand anders sokken te haken. Er zijn echter wel een aantal dingen die je moet weten voordat je eraan begint, zodat je straks tevreden kunt zijn met het resultaat.

Garenkeuze

Het juiste garen kiezen is essentieel, wil je sokken maken die je in je schoenen kunt dragen dan moet je haken met dun garen. Dat is even slikken want als je dat dunne garen ziet, denk je alleen maar dat het heel lang gaat duren. Maar voor mooie en comfortabele sokken is het van belang dat je het juiste garen kiest. Ga je je sok veel dragen, kies dan voor het sokkengaren met 20% nylon en 80% wol. Nylon maakt sokken duurzaam en sterk, de wol maakt ze warm en comfortabel. Vermijd acrylgarens voor sokken. Ik heb gekozen voor Soqs tweed van Durable, dat garen heb ik ook gebruikt in het sokkenpatroon dat binnenkort op de site van Gek op Haken verschijnt. Er is heel veel leuke sokkenwol te koop. Gebruik het liefst voor je eerste paar sokken, licht gekleurd garen, zodat je goed de steken kunt tellen en kunt zien wat je gedaan hebt. Wees niet bang om fouten te maken en dingen uit te proberen, je leert er veel van en kunt altijd een stukje uithalen. Schrijf bij de eerste sok op wat je doet en hoeveel steken je hebt, zo wordt de tweede sok hetzelfde. Durable Soqs tweed is te koop bij Caro’s Atelier en daar krijg je als lid 10% korting!

Pasvorm

Alle sokken moeten enig negatief gemak hebben. Dit betekent dat de maat dichter bij de voetmaat ligt dan bij de schoenmaat. Een sok moet goed aansluiten en een beetje rekbaar zijn tijdens het dragen. Als dat niet het geval is, zullen de sokken waarschijnlijk van je voet glijden of zich in je schoen ophopen als je ze draagt. Als de sok te los zit zal deze ook wat meer gaan schuiven in je schoen, waardoor er wrijving ontstaat en de sok hierdoor eerder zal slijten dan bedoeld. Het doel is dat een sok comfortabel aanvoelt, op zijn plaats blijft en niet snel verslijt. We hebben allemaal unieke voeten, wat betekent dat onze beenomtrek en onze voetomtrek niet hetzelfde zijn. Veel patronen zijn over het algemeen geschreven om aan te nemen dat deze hetzelfde zijn, daarom kun je bij het haken de sok aanpassen aan jouw unieke voet- en beenvorm. Als je smalle voeten hebt, is het gemiddelde sokpatroon misschien te groot voor je, of te strak als je een brede voet hebt. Meestal neemt men de omtrek van de voet en de enkel om de maat te bepalen. Deze maten zijn nodig om de sok om de voet te laten glijden, de lengte van de boord kan eenvoudig aangepast worden.

Toe-up versus Toe-down

Je kunt sokken haken van teen naar boord of omgekeerd van boord naar teen. Mijn absoluut favoriete manier om sokken te maken is van teen naar boord. Er zijn twee grote voordelen van het op deze manier haken van een sok. Ten eerste kun je de sok gaandeweg passen en de maat aanpassen. Ten tweede hoef je je minder zorgen te maken over het opraken van garen. Als de hoogte van je boord niet zo lang is als bedoeld, is dat geen probleem. Maar als je geen garen meer hebt voordat je de teen afmaakt, dan heb je een probleem.

Spie

Om de sok goed te laten passen om de voet moet je vanaf de teen gaan meerderen. Je wilt niet dat de sok al heel wijd om de teen zit maar je hebt die breedte wel nodig voor de wreef. Dat meerderen wordt ook wel een spie genoemd.

Soorten hiel

De meest voorkomende hielen die gebruikt worden bij Toe-up sokken zijn de Hollandse hiel en de Boemeranghiel:

• Hollandse hiel, is een grote hiel en bepaalt de hoogte van de hiel, het is een eenvoudig heen en weer gehaakt lapje ook wel hielflap genoemd. Bij de grote hiel hoort ook een kleine hiel, deze hiel zorgt ervoor dat de hiel de bocht omgaat en je hiel omsluit. De kleine hiel is een beetje U-vormig stukje dat in verkorte toeren wordt gehaakt.
• Boemeranghiel, deze hiel wordt gehaakt over de helft van het aantal steken dat je hebt. Soms komt het beroerd uit omdat je een oneven aantal steken hebt. Neem dan 1 steek minder en haak daar de hiel op. Nadat je de helft van de steken over hebt als waar je mee begonnen bent, ga je weer meerderen.

De boord

Het is van belang dat er rek in de boord zit maar dat hij niet te wijd of te strak zit. De meeste boorden worden met de boordsteek gehaakt; 1 reliëfsteek voor en 1 reliëfsteek achter. Hier kan je natuurlijk op variëren.

In het patroon dat binnenkort verschijnt heb ik de van teen naar boord methode gebruikt en de Boemeranghiel. De spie, oftewel de meerderingen worden aan de onderkant van de sok gehaakt, uit het zicht dus.

We gaan binnenkort met elkaar in drie delen, stap voor stap sokken haken. Hoe leuk is dat? Hebben jullie er al een beetje zin in? Ik zie straks graag jullie resultaten.

Tot blogs,
Marja Waalwijk